Toelichting Algemene Voorwaarden
TOELICHTING ALGEMENE VOORWAARDEN
Op deze pagina vindt u als consument uitleg bij de Algemene Voorwaarden Particulier.
Verschillende vragen die betrekking hebben op de Artikelen uit deze Algemene Voorwaarden worden beantwoord door erop te klikken.De aanleiding van dit overzicht is het tot stand komen van de Algemene consumentenvoorwaarden voor het Schilders-, Behangers- en Glaszetbedrijf Nederland.
Het overleg met de Consumentenbond en ‘vereniging eigen huis’ heeft plaatsgevonden in het kader van het voorwaardenoverleg van de SER (CCA: Commissie Consumenten Aangelegenheden). Hoewel de zakelijke transactie als koop door de consument in het burgerlijk wetboek met waarborgen wordt omkleed, is het een goede zaak dat aanvullende rechten en plichten in de algemene voorwaarden worden opgenomen. De erkende schilders- en afwerkingsbedrijven dienen op elke transactie met de consument deze algemene voorwaarden van toepassing te laten zijn.
Reeds in de offertefase krijgen de algemene voorwaarden rechtskracht. Hoewel de algemene voorwaarden in een Iezenswaardige opmaak bij de schriftelijke offerte dienen te worden bijgesloten (Artikel 3.7), zal u als consument behoefte hebben aan een nadere uitleg van de Artikelen.
ARTIKEL 1: WAT IS EEN CONSUMENT?
Artikel 1 omschrijft dat dit ieder natuurlijke persoon is die geen bedrijf uitoefent. Dus een ieder die voor privé-doeleinden een offerte vraagt en mogelijk tot zaken komt met een erkend schilders- en afwerkingsbedrijf. Dit bedrijf is dan de ondernemer. Dit bedrijf moet wel in het register van de erkenningsregeling AF staan.
De registratie wordt uitgedragen door het gebruik van het logo AF.
ARTIKEL 2: MAG DE ONDERNEMER EEN AANBIEDING OOK MONDELING DOEN?
Artikel 3 regelt dat de aanbieding of de offerte altijd schriftelijk dient plaats te vinden. Papier is geduldig. lndien het echt niet anders kan, mag de aanbieding mondeling zijn. Van een erkend bedrijf mag worden verwacht dat de mondelinge aanbieding schriftelijk wordt bevestigd.
ARTIKEL 3: HOE ZIET DE SCHRIFTELIJKE AANBIEDING ER UIT EN WAT KAN DE CONSUMENT VERWACHTEN?
De aanbieding is tot 30 dagen na ontvangst geldig en moet dus een datum hebben. Duidelijk dient te worden omschreven waaruit de werkzaamheden bestaan. Wanneer u accoord gaat met de offerte, moet u weten wanneer er begonnen kan worden en wanneer het werk wordt opgeleverd. U moet bij benadering kunnen weten waar u aan toe bent.
ARTIKEL 4: WAT GAAN DE WERKZAAMHEDEN U KOSTEN?
Voor niets gaat slechts de zon op, dus moet u worden geïnformeerd over de prijs. Artikel 3.5 geeft drie mogelijkheden. Komt u een vaste prijs overeen, dan is er sprake van aangenomen werk. Bepaalde werkzaamheden kunnen zijn uitgesloten.
Is het niet mogelijk dat de ondernemer een vaste prijs opgeeft, dan kan hij met u een richtprijs overeenkomen. U weet dan wat u kunt verwachten. De totaalprijs wordt pas bekend bij het opmaken van de eindafrekening.
Bij gecompliceerde opdrachten (niet duidelijk is bijvoorbeeld wat de staat van de ondergrond is of wat wordt aangetroffen wanneer een deel van de te bewerken ondergrond wordt verwijderd) kan er sprake zijn van werken in regie. Met u wordt een aantal zaken overeengekomen, zoals het uurtarief en de prijzen van de materialen. Het aantal uren en de hoeveelheid te gebruiken materialen zijn in deze situatie tijdens het maken van offerte niet in te schatten.
ARTIKEL 5: HOE MOET ER WORDEN AFGEREKEND?
De ondernemer heeft vanzelfsprekend recht op zijn geld. Hij moet echter wel met u overeenkomen op welke wijze u moet betalen. Is er niets afgesproken, dan kunt u zelf kiezen of u per bank/giro, contant of per cheque afrekent. Rekent u contant af, zorg dan wel dat u een betalingsbewijs ontvangt.
ARTIKEL 6: WANNEER IS ER EEN OVEREENKOMST?
Artikel 6 regelt dat, nadat u accoord bent gegaan met de offerte, er sprake is van een overeenkomst. Het is raadzaam een kopie van de offerte, voorzover die niet reeds is bijgevoegd, voor accoord getekend te retourneren. Bent u een afwijkende prijs overeengekomen dan die welke aanvankelijk is aangeboden, teken dit dan op de kopie aan en bewaar zelf ook een exemplaar.
ARTIKEL 7: WAT ZIJN DE VERPLICHTINGEN VAN DE ONDERNEMER?
Artikel 7 regelt een veelheid van zaken. Uiteraard moet er goed en deugdelijk werk worden geleverd. lndien niet anders is overeengekomen, wordt er gewerkt op normale tijden. De ondernemer houdt zich aan plaatselijke verordeningen alsmede milieu- en arbowetgeving.
Zijn er wijzigingen in deze regels gekomen op het moment dat de werkzaamheden nog niet zijn gestart, dan kan dit financiele gevolgen voor u hebben. De ondernemer is een vakman, dus hij moet u wijzen op uw wensen die tot een ondeugdelijke prestatie van zijn kant kunnen leiden. Worden er gebreken geconstateerd die gevolgen kunnen hebben, dan wordt u daarover geïnformeerd.
ARTIKEL 8: HEEFT U ALS OPDRACHTGEVER OOK VERPLICHTINGEN?
Vanzelfsprekend! Artikel 8 verplicht u bijvoorbeeld de eventuele noodzakelijke vergunningen tijdig op zak te hebben. Moet de straat worden afgezet, bijvoorbeeld in het geval van een hoogwerker die de vrije doorgang blokkeert, dan moet daarvoor een vergunning worden aangevraagd. Er moet gebruik gemaakt kunnen worden van water en elektra. Uw zekeringen moeten de stroomafname wel aankunnen. Lopen er nog andere vaklieden rond, dan moeten die de ondernemer niet hinderen. Zijn de andere vaklieden niet tijdig klaar, dan moet u de ondernemer wel informeren. Heeft u de zaken niet goed voorbereid als gevolg waarvan de ene vakman de andere vakman in de weg loopt, dan kan dit tot gevolg hebben dat u de schade en kosten moet vergoeden. Een en ander moet u wel aan te rekenen zijn. Geeft u ondeugdelijke instructies, of wordt er op uw uitdrukkelijke wensen in strijd met bijvoorbeeld bouwkundige regels gewerkt, dan is de schade die dit tot gevolg kan hebben voor uw rekening.
ARTIKEL 9: MOET U MEER- EN MINDERWERK ALTIJD BETALEN?
Minderwerk verlaagt de prijs. Meerwerk verhoogt de prijs. Artikel 9 regelt wel dat het saldo van meer- en minderwerk dat meer dan 10% bedraagt van de overeengekomen prijs, schriftelijk moet zijn vastgelegd. Slechts in heel bijzondere gevallen kan er sprake zijn van mondeling overeengekomen meer- en minderwerk dat per saldo meer dan 10% van de overeengekomen prijs bedraagt.
ARTIKEL 10: KAN ER SPRAKE ZIJN VAN OVERMACHT?
Natuurlijk kunt u of de ondernemer in een situatie van overmacht verkeren. Bijvoorbeeld een gesprongen waterleiding of het bij zware vorst uitvallen van de kachel. Artikel 8 regelt hoe u dan moet handelen. Kan het werk door toedoen van de ondernemer niet worden afgemaakt, dan kunnen de werkzaamheden worden gestaakt tegen betaling van een vergoeding van de gemaakte kosten.
Is er sprake van een opschorting door de ondernemer of door u, dan worden de verplichtingen van de ander ook opgeschort.
ARTIKEL 11: HOE WORDT EEN WERK OPGELEVERD?
Artikel 9 regelt dat een werk op een overeengekomen datum of een te verwachten datum wordt opgeleverd. Wordt deze datum gepasseerd door schuld van de ondernemer, dan kunt u een schadevergoeding eisen voor de geleden schade.
ARTIKEL 12: WANNEER IS NU EEN WERK OPGELEVERD?
De volgende situaties kunnen zich voordoen:
* De ondernemer moet u hierover informeren en u heeft de oplevering aanvaard.
* Heeft de ondernemer u schriftelijk geinformeerd dat het werk is voltooid en u reageert niet binnen tien werkdagen, dan is er ook sprake van een oplevering.
* Heeft u een werk waaraan de werkzaamheden zijn voltooid of een deel ervan weer in gebruik genomen, u bent bijvoorbeeld weer gaan koken in de keuken die is afgeschilderd, dan is de keuken opgeleverd op het moment dat u gaat koken.
ARTIKEL 13: KAN DE ONDERNEMER EEN ZEKERHEID VRAGEN ALS BIJVOORBEELD EEN BANKGARANTIE OF EEN VOORUITBETALING?
Artikel 13 regelt deze mogelijkheid. Het moet wel een onderdeel van de overeenkomst vormen. Bestaat tijdens de werkzaamheden bij de ondernemer het terechte vermoeden dat u uw betalingsverplichtingen niet zult of kunt nakomen, dan kunnen er zekerheden worden geeist. Kunt u niet aan dit verzoek voldoen, dan kunnen de werkzaamheden stil worden gelegd.
ARTIKEL 14: KAN BETALING IN TERMIJNEN PLAATSVINDEN?
Artikel 11 maakt dit mogelijk indien dit is afgesproken. U dient de deelnota’s binnen twee weken na ontvangst te voldoen. Is de ondernemer in gebreke gebleven, dan behoeft u vanzelfsprekend de deelnota niet te voldoen.
ARTIKEL 15: IS DE EINDAFREKENING AAN SPELREGELS GEBONDEN?
Het zal u niet verbazen dat Artikel 15 bijvoorbeeld regelt dat de eindafrekening (die duidelijk moet zijn en meer- en minderwerk goed omschrijft) binnen een redelijke termijn moet worden gemaakt. Is er sprake van werken in regie dan moeten uren en materialen duidelijk zijn gespecificeerd. Is er sprake van een vaste aanneemsom, dan is een specificatie alleen noodzakelijk indien er meer- en minderwerk is geweest. Is er een afwijking naar boven van meer dan 10% van de richtprijs, dan dient deze schriftelijk te zijn overeengekomen als meerwerk. Er kan zich een bijzondere situatie hebben voorgedaan dat het meerwerk in regie niet schriftelijk is vastgelegd. De specificatie moet duidelijk de overschrijding van de richtprijs toelichten.
U dient binnen drie weken na ontvangst van de eindafrekening te betalen.
ARTIKEL 16: WAT KAN ER GEBEUREN INDIEN U DE REKENING NIET TIJDIG BETAALT?
Artikel 16 regelt dat de ondernemer u een betalingsherinnering stuurt, waarin hij u er op wijst dat u verzuimd hebt de rekening te voldoen en u alsnog twee weken in de gelegenheid wordt gesteld de rekening te voldoen.
Over de weken waarop de rekening heeft opengestaan (u moet tellen drie weken na de ontvangst van de rekening) kan de ondernemer de wettelijke rente in rekening brengen. Betaalt u niet binnen twee weken na de betalingsherinnering, dan kan de ondernemer zonder nadere correspondentie overgaan tot invordering van de rekening. De normale buitengerechtelijke kosten komen voor uw rekening.
Is er sprake van een niet betaalde termijnnota, weike binnen twee weken moet worden betaald, dan kan de ondernemer een week nadat hij een schriftelijke ingebrekestelling heeft verstuurd, het werk stilleggen. In deze situatie moet u ook rekening houden met vergoeding van de rente en kosten. lndien u uw betalingsverplichting niet nakomt blijft de ondernemer eigenaar van de nog niet verwerkte materialen.
Is de ondernemer u een schadevergoeding schuldig, dan moet u hem daar schriftelijk op wijzen. Is er niet binnen twee weken aan u betaald, dan kunt u zonder nadere ingebrekestelling de wettelijke rente in rekening brengen en tot invordering overgaan waarvan de normale kosten voor rekening van de ondernemer komen.
ARTIKEL 17: VAN WIE ZIJN DE TEKENINGEN?
Artikel 17 regelt dat de ondernemer kan stellen dat de tekeningen en calculaties en dergelijke zijn eigendom blijven.
ARTIKEL 18: IS ER OOK GARANTIE?
Natuurlijk. Artikel 19 gaat hier uitvoerig op in. Kan de ondernemer de gebreken in de garantieperiode worden aangerekend, dan zal hij voor zijn eigen rekening overgaan tot herstel. Na de garantieperiode kan het ook mogelijk zijn dat de ondernemer voor zijn rekening tot herstel over moet gaan.
ARTIKEL 19: WAT HOUDT DE GARANTIE NU IN?
Buitenschilderwerk moet goed zijn beschermd. Dit kan niet zonder goede hechting op de ondergrond. Er moet worden gewerkt met verfsystemen die je van een vakman kan verwachten. De garantie is ongevraagd minimaal twee jaar op buitenschilderwerk. Wordt door u een garantie van drie jaar gewenst, dan kan deze worden overeengekomen indien het verfsysteem daarop is aangepast.
Binnenschilderwerk heeft minder te lijden en heeft daarom een garantie van vier jaar. Het spreekt voor zich dat de erkend vakman werkt volgens de instructies van de verfleverancier. Barst een verstek open door bouwkundige oorzaken die de ondernemer niet zijn aan te rekenen en komen er daardoor scheuren in het schilderwerk, dan zal er veelal geen sprake zijn van garantie.
Glaszetten is een aparte paragraaf en wordt geregeld in Artikel 15.4. Belangrijk is dat er geplaatst wordt volgens de van toepassing zijnde normen, vaak NEN normen en/of NPR richtlijnen. Naast de garantie van de fabrikant, die wordt gegeven op isolerend dubbelglas, garandeert de glaszetter gedurende vijf jaar zaken als geen verminderd doorzicht, stofaanslag of condensatie tussen de ruiten. De garantie kan met nog een keer vijf jaar worden verlengd indien in het vijfde jaar een inspectie wordt uitgevoerd. Eventuele geadviseerde onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd, omdat anders de tweede termijn van vijf jaar garantie niet kan worden gegeven.
Ontstaat er breuk door mechanische oorzaken of wordt de ruit plaatselijk verwarmd als gevolg waarvan er een thermische breuk ontstaat, dan valt deze schade vanzelfsprekend niet onder de garantie. Plaats dus nooit een stapel boeken in de vensterbank. De ruit wordt plaatselijk verwarmd door de weerkaatsing en er ontstaan spanningen die breuk kunnen veroorzaken.
Behangwerk dient correct te worden aangebracht. Het mag niet krimpen en losraken. Moet de ondergrond worden voorbewerkt, denk aan reparaties uitvoeren, grondpapier aanbrengen etc., dan dient dit te zijn inbegrepen in de opdracht.
ARTIKEL 20: WAT TE DOEN ALS ER TOCH EEN GESCHIL ONTSTAAT?
Uiteraard is het Nederlands recht van toepassing.
U kunt het geschil voorleggen aan de onafhankelijke Geschillencommissie voor het Schilders- en Afwerkingsbedrijf. U moet de klacht wel eerst kenbaar maken aan de ondernemer.
De gedachte die hierachter steekt is o.a. dat de ondernemer eerst in de gelegenheid moet worden gesteld de problemen op te lossen. Komt u er met de ondernemer niet uit, dan moet u binnen drie maanden het geschil aan de Geschillencommissie voorleggen.
Wenst de ondernemer het geschil aanhangig te maken, dan moet hij u dat schriftelijk berichten. Antwoordt u de ondernemer niet binnen vijf weken schriftelijk over uw voorkeur voor de geschillencommissie danwel de burgerlijke rechter, dan is de ondernemer vrij het geschil aan de burgerlijke rechter voor te leggen. De ondernemer dient een uitspraak van de Geschillencommissie binnen de gestelde termijn na te komen. Is de ondernemer het niet eens met de uitspraak, dan kan hij deze binnen twee maanden aan de burgerlijke rechter voorleggen.
ARTIKEL 21: WELKE GARANTIE IS ER OP NAKOMING VAN DE UITSPRAAK?
De branche-organisatie Koninklijke Vereniging FOSAG en de Erkenningsregeling staan er borg voor dat de uitspraak wordt nagekomen, behoudens in het geval de ondernemer de uitspraak aanvecht bij de burgerlijke rechter. Artikel 21 bepaalt wel dat u zich schriftelijk tot de Koninklijke Vereniging FOSAG en de Erkenningsregeling wendt.
Bel de speciale Erkenningslijn: (0182) 57 16